maandag 11 januari 2016

RULE BRITANNIA @ ANTIGUA

Antigua. Land van buurtende buurboten, Rule Britannia en kerstkoninginnedag. Maar laat je kinderen thuis!


Model van het schip 'Victory' waarmee Nelson furore maakte (deels ten koste van de Hollanders natuurlijk). 104 kanonnen.


KRIEBELS
Terwijl ons extra bemanningslid-voor-twee-weken Jolie de voordeur van haar prachtige skyline appartement in Rotterdam opendraait na een lange terugvlucht van Guadaloupe via Parijs naar Amsterdam, vaart Antares op 19 december Falmouth Harbour binnen op Antigua.

Tijd om na te genieten van het bezoek was er niet, want er komt een periode met veel wind en hoge golven aan. Dus zijn Hedda en ik de laatste dag van Jolie's bezoek wat stil. In gedachten zijn we bij de tocht van morgen. Het waait al flink hard als we met de huurauto over de kustweg rijden en zien hoe de bomen tekeer gaan en hoeveel schuimkoppen er al op zee staan. Kunnen we morgen nog wel naar Antigua of zijn we te laat en zetten wind en golven al te veel door? Het is het vervelende, knagende gevoel dat altijd opdoemt als er een tocht met mogelijk pittige omstandigheden voor de boeg ligt. 'Het is net alsof er allemaal ijsblokjes in zee drijven' weet Quirijn de zeestaat mooi te typeren. En dat vandaag al. En in de luwte van het eiland, terwijl we morgen de oceaan weer op moeten... We besluiten het morgen te proberen en als het niet gaat, keren we om en kunnen redelijk makkelijk met halve tot ruime wind terug naar Guadaloupe.

'S avonds nemen we op het vliegveld afscheid van Jolie, crossen terug naar Deshaies waar de boot voor anker ligt, gooien de sleutels van de huurauto door de brievenbus van het verhuurbedrijf, slepen de boodschappen aan boord en halen een laatste weerbericht binnen. Aan boord is het leeg en stil. Het was zo fijn om Jolie op bezoek te hebben dat we ons met z'n drietjes even niet meer compleet voelen. Tegen twaalf uur liggen we uitgeput op bed en om half zes gaat de wekker. We trekken het tweede rif in het grootzeil en varen zwaar gereefd de zee op. Donkere wolken pakken zich samen boven de bergen van Guadaloupe, maar voor ons, op open zee, schijnt de zon.

Zonneschijn, moet je weten, maakt een zeiltocht altijd minder dreigend dan donkere luchten. Je bent op zee zo omringd door de elementen, dat een meereizende zon een wereld van verschil maakt. Ook vandaag. Het tweede rif blijkt niet overbodig, het kleine puntje voorzeil evenmin. De golven komen dwars in en regelmatig stort er een met overdreven theatraal geweld op onze romp om als een regenbui over Antares uiteen te spatten. Maar met de zon erbij, voelt het... ach, eigenlijk als best te doen. Hoewel we dat onderweg nooit tegen elkaar uitspreken; zodra je dat zegt, verslechteren de omstandigheden. Onmiddellijk. ALTIJD. Echt waar. Quirijn heeft het niet zo goed, hij moet spugen. Hedda weet hem gelukkig aardig af te leiden en vertelt ruim twee uur lang een verhaal over een jongetje dat naar de zeilschool gaat en leert zeilen in een Optimist. Met een noodgang scheuren we op Antigua af en nog voor de middag plonzen we ons anker in Falmouth Harbour, 43 mijl vanaf ons vertrekpunt. We zijn blij. Na ruim drie weken hadden we Guadaloupe wel gezien en waren we vandaag niet gegaan, hadden we vanwege het weer nog zeker anderhalve week moeten wachten.

SUPERYACHTS
Antigua is anders dan de eilanden die we tot nu toe bezochten. Althans, aan de waterkant dan. Bij de Antigua Yachtclub en de Nelsons Dock Marina. Hier liggen de superyachts, we noemden ze al even in ons kerstbericht. --Iedereen trouwens hartelijk dank voor de mails met kerstgroeten die jullie ons stuurden!-- Drie verdiepingen, vier verdiepingen, vijf. 
De jeugd rijdt er puik bij
Met bijboten zo groot als Antares, masten hoger dan de Eiffeltoren en met personeel in sjieke tuniekjes. Zo veel personeel. 

De 'lady X' vaart net voorbij; een zeilboot. Telt u even mee? Vier man op het voordek, druk met lijnen. Over dek lopen vijf personen met twee meter hoge stootwillen. In de kuip zes personen, twee sturen er, de anderen ruimen denk ik de tafel af. Achterop zie ik drie personen met lijnen. En twee met schrobbers. Op het bovendek poetsen drie personen chroom. Binnen in de ruim vijftig meter lange boot maken vast ook nog wat personeelsleden zich nuttig, maar die zie ik niet, dus we houden het bij 23 personeelsleden. 



Dan moet de boot natuurlijk nog in extreem dure havens liggen en regelmatig varen en... nu ja, alles zal net zo hard slijten als bij ons aan boord, maar dan in grotere oppervlaktes en hoeveelheden. Hmmm... Zo'n boot is eigenlijk wel een uitermate efficiënte manier om van je overtollige geld af te komen.







NEDERLANDSE VLAG
Alhoewel, heel rijk kunnen die eigenaren toch ook niet zijn, bedenken wij ons nadat we een aantal dagen het wel en wee aanschouwen. Het valt ons op dat de meeste superyachts onder 'goedkope vlag' varen. Zij komen uit Valetta, de hoofdstad van Malta. Een land waar je (belastingtechnisch?) stukken goedkoper je boot kunt registreren. Zoals bijvoorbeeld de boot die nu langs onze ankerplek vaart, met de typisch Maltese naam 'Zeepaard'. Sinds wij ons beseffen dat wij wel -en zij niet- bemiddeld genoeg zijn om onder eigen vlag te varen, voeren wij met des te grotere trots onze Nederlandse vlag. Ha!
Veder zien we dat veel van de schepen als charterschepen worden ingezet. Dat drukt de kosten natuurlijk ook flink, al vragen we ons ook af waar die 'arme huurder' de 75.000 dollar mee verdient die het kost om zo'n bootje een weekje te huren.

BUURTENDE BUURBOTEN, DEEL 1: FLOAT BY

Met de harde wind op zee zijn wij blij dat we veilig in de ankerbaai liggen. Alhoewel veilig een rekbaar begrip is. Terwijl we aan het avondeten zitten horen we een luide toeter. En zien een schijnwerper op een zeilboot gericht. Die zeilboot kennen we niet... Dat klopt, want hij ligt hier niet maar drijft voorbij. Met mooringbal en al. Rakelings langs een geankerde boot. Op weg naar een Ierse boot. Drie dinghy scheuren er heen. Ik volg, alhoewel ik met onze 3,5 pk buitenboordmotor natuurlijk niet zo veel kan uitrichten. We - ik schrijf we ja, wat dacht je, mijn morele steun was natuurlijk onmisbaar ;-) krijgen de boot onder controle. Windwaarts is nog een mooring vrij (ja, die is wel goed) en dus trekken/duwen drie 15pk dinghys de zeilboot en ga ik voorop met schijnwerper om de vrije mooring aan te duiden. Dat ik die vervolgens niet kan vinden laten we natuurlijk verder even buiten dit verhaal, maar uiteindelijk weten we toch soepeltjes de zeilboot bij de mooring te brengen en kan ik, als enige vrije dinghy, een lijn door de mooring halen. Pfoeh.

RULE BRITANNIA
Antigua heeft witte stranden -365 stranden naar verluidt-, groenblauw water en de Caraïbische zon. Op onze ankerplaats zien wij welgeteld 1 strand... Of ja, nou ja, als je het strookje van tien meter breed daar, tussen de struiken, ook strand noemt... Ja, er ligt zand en ja... het grenst aan zee. Dus als je het zo definieert... Dan kom je wel op 365 stranden... We zien dus twee stranden vanaf onze ankerplaats. Het water is donkergrijs en de zon laat zich drie dagen niet zien.

Wij malen er niet om want naast onze ankerplaats ligt Nelsons Dockyard. In de negentiende eeuw een van de belangrijkste marinebasis van de Britse Navy. Hier werden de oorlogsschepen onderhouden, bijgeschaafd, bevoorraad en

leren handschoen om zeilen mee te
naaien. Hebben wij ook nog aan boord.
Super handig ding, dat we kregen van
onze havengenoot Jan van Smeerdijk.
Jan, dank je wel nog!

bemand. Het complex is later zwaar in verval geraakt, mede door een aardbeving en enkele orkanen. Maar de Antiguanen -oh pardon, het waren toen nog de Britse overheersers zelf- zagen rond 1950 al de historische waarde van deze locatie en keerden de neergang. Sindsdien restaureert men de oude officiershuizen, saillofts en munitiedepots dat het een lieve lust is. De Antiguanen wisten na de onafhankelijkheid hun bruidsschat ook op waarde te schatten en zetten de restauratie voort. Nu vormt het terrein een mix van een luxe jachthaven en (openlucht) museum. We gaan er iedere dag wel even heen.

Museum Nelsons Dockyard


Hier zien we het leven op een Britse Marinebasis twee eeuwen geleden. Nelsons Dockyard was de uitvalsbasis voor alle Caraïbische maritieme knokpartijen tussen de Britten en vooral de Fransen, die twee zaten elkaar flink in de weg in de Carieb. We kruipen in de huid van superheld Nelson en tellen de 104 kanonnen op zijn oorlogsschip. 


We worden in het museum overspoelt met de grootsheid van 'onze' Britse zeehelden en na ons zoveelste bezoek aan dat sympathieke museumpje hoor ik mijzelf 'Rule Britannia' neuriën. Hmmm... hoe ging dat liedje ook alweer? 'Rule Britannia, Britannia rules the waves..... Tiediediediediediedie tadadie slaves'. Ik weet het niet meer. Die avond barbecuen we op het strand met de bemanningen van drie andere zeilboten. Twee van hen zijn Britse boten... O.k., eentje is Noord Iers, maar toch... Brits is Brits, nietwaar? Dus een mooie gelegenheid om eens die door mij vergeten refrein zinnetjes van Rule Britannia na te vragen.








Tot mijn verrassing weten zij het ook niet... zeggen ze. Hoe kan dat nou? Later zoek ik de tekst op en nu vermoed ik tot mijn schrik, beste lezer, dat ik onze Britse vrienden een beetje in verlegenheid heb gebracht. Want echt sympathiek is die tekst niet. Komt ie: 'Rule Britannia, Britannia Rules the waves... Britons never shall we be slaves'. En dat voor een natie die (net als d'Hollanders) gebukt gaat onder haar slavernij verleden... Nu ja, ik zal onze vrienden bij een volgende gelegenheid maar eens roemen om de daadkracht waarmee zij begin negentiende eeuw hun slavernij afschaften, waar wij Hollanders pas decennia later en na felle druk van andere landen daartoe overgingen. Nu we toch op dat onderwerp komen, hoe zijn jullie in Nederland trouwens dit jaar de zwartepietendiscussie doorgekomen? Is dat nog steeds de nieuwe volkssport of is de rage voorbij?

BUURTENDE BUURBOTEN, DEEL 2: HOOG BEZOEK
Twee ochtenden later horen we om half zeven eerst een doffe klap in de verte, daarna motorgeronk en een lopende ankerketting. We staan snel buiten en zien een Lagoon 56 op ons afkomen. Dat is een 17 meter lange, twee verdiepingen (!) hoge catamaran... We krijgen zeg maar Hoog Bezoek.... Hedda grijpt snel een stootwil en ik vier onze ankerketting zo veel en snel mogelijk. Dan is het zover, de cat hangt op onze boeg en blijft haken aan de snubber (een haak en lijn die je over de ankerketting plaatst om het rukken van de ankerketting tegen te gaan). Er vaart nog een speedboot bij en zo'n Amerikaans model sportvisboot met twee verdiepingen. Uiteindelijk rest er niets dan onze snubberlijn doorsnijden, wat de opvarende van de cat doet. Vervolgens drijft de cat weer verder en ankert achter ons.
Hedda houdt de cat af met een stootwil. Even later hangt de cat overdwars voor op onze boot.



Later horen we dat de cat onlangs (met de ARC) de Atlantische oceaan overstak en onderweg roerproblemen kreeg. Na aankomst begon de boot langs de roerkoningen water te maken, waarna beide motoren onklaar raakten. Vanochtend zou de boot door de dubbeldek vissersboot naar een werf worden gesleept, maar toen stopte beide motoren van de sleepboot er ook mee. Dus werd de sleep maar losgegooid en aan haar lot overgelaten. Wij kwamen er goed af; een boot voor ons werd vol midscheeps geraakt en heeft een flinke deuk. We zien de opvarenden geschrokken in de kuip zitten. De cat hield er een gespleten boeg aan over.

Het is belachelijk veel gedoe (we bekijken de situatie door een westerse bril, dat moet gezegd) om de verantwoordelijke, Maurice van Maurice Underwater in Falmouth Harbour, zo ver te krijgen dat hij onze schade vergoed. Alleen de haak die aan de snubber zat kost al vijftig euro dus al met al loopt onze schade ruim boven de honderd euro. Uiteindelijk maak ik --de altijd zo begripvolle Walewijn-- flink ruzie met deze Maurice, pal voor zijn winkel in de jachthaven. Heel theater inclusief boze handgebaren, druk heen en weer lopen en schreeuwen. Echt, ik kreeg er plezier in! Laat iedereen maar weten hoe ontevreden ik ben.

KONINGINNEDAG
Kerst op Antigua. Net Koninginnedag. Natuurlijk zijn we weer op Nelsons Dockyard. Daar gebeurt het met kerst. Feesttenten. Barbecues. Zanger, zangeressen, drumstel, vier elektrische gitaren en allerlei andere instrumenten bij elkaar, boxen zo groot als we in de Carieb inmiddels gewend zijn en champagne die vanuit een met ijsblokjes gekoelde oude roeiboot wordt geserveerd. 
Feest. Met dertig graden en zomerzon doet het ons aan een Caraïbische Koninginnedag denken. Met veel locals verkleed als Caraïbische kerstman. Alleen de vrijmarkt ontbreekt.








BUURTENDE BUURBOTEN, DEEL 3: NIET WEER HE!

'S Avonds bereiden we onze tocht voor de volgende dag voor, als we rond 22 uur flink motorkabaal horen en buiten op korte afstand navigatielichten zien. Buiten zien we een Lagoon 56... (een andere...) in het donker manoeuvreren. Een van de twee motoren is kennelijk uitgevallen en een dinghy bij de boeg fungeertals tweede motor. Vanaf het bovendek (die hebben zulke cats) worden instructies geroepen naar de man in de bijboot. Er wordt druk met zakkammen en schijnwerpers geschenen en flink geschreeuwd. De cat komt overdwars te liggen en de hoge rompen vangen vol wind. Ze komen snel naderbij... Nee he... Niet weeeeeer! De boegman geeft vol gas en weet met zijn 50pk buitenboordmotor de cat net vrij te varen van ons. Ondertussen ligt hun anker in de grond en dreigt met de onze in de knoop te raken. Afijn, ze zijn ze een uur bezig en wij begrijpen niet zo goed waarmee eigenlijk. Als om kwart over elf de boot goed ligt gaan twee personen het water in en met de onderwaterlampen (die hebben dat soort boten kennelijk) aan weten ze een lijn uit de schroef te halen. Om even over twaalf gaan ze weer ankerop en ankeren verderop in de baai.

Op weg naar Jolly Harbour. De zee is hier ontzettend mooi blauw... en we betalen ons ook blauw hier...

KINDEREN ZIJN DUUR OP ANTIGUA
We klaren uit in Jolly Harbour, aan de westzijde van Antigua. Het water kleurt hier prachtig groenblauw, het was al weer een tijd geleden dat we het zo mooi zagen. Net ten noorden van Jolly Harbour is een mooie baai met witte stranden, blauw water en rode rotsen met groene bomen erop. Erg mooi. De Customs heeft nog een aardige verassing voor ons in petto. Quirijn kan geen 'crew' zijn, vindt men op Antigua, want kinderen van twaalf of jonger kunnen geen crew zijn. Ondanks dat Quirijn zo zijn taken aan boord heeft, hij wordt steeds mee zeeman. We moeten zijn vermelding op de crewlist wijzigen in 'passenger'. En dan komt-ie... voor iedere passagier aan boord van een schip mogen we bij het uitklaren 30 US Dollar betalen... Zo'n mooie regel hebben we nog niet eerder meegemaakt. Briljante vondst van de autoriteiten van Antigua. Maar dit soort grappen doet pijn in onze scheepskas.



Voor iedereen die even lekker wil meezingen met deze meezinger uit de tijd van Nelson: Rule Britannia. Als je even niet meer weet hoe de melodie gaat, zie hier.

Rule, Britannia! 
Lyrics

Rule, Britannia! Britannia, rule the waves! 
Britons never, never, never shall be slaves. 

When Britain first, at heaven's command, 
Arose from out the azure main, 
This was the charter of the land, 
And Guardian Angels sang this strain: 

(Chorus) 

The nations not so blest as thee 
Must, in their turn, to tyrants fall, 
While thou shalt flourish great and free: 
The dread and envy of them all. 

(Chorus) 

Still more majestic shalt thou rise, 
More dreadful from each foreign stroke, 
As the loud blast that tears the skies 
Serves but to root thy native oak. 

(Chorus) 

Thee haughty tyrants ne'er shall tame; 
All their attempts to bend thee down 
Will but arouse thy generous flame, 
But work their woe and thy renown. 

(Chorus) 

To thee belongs the rural reign; 
Thy cities shall with commerce shine; 
All thine shall be the subject main, 
And every shore it circles, thine. 

(Chorus) 

The Muses, still with freedom found, 
Shall to thy happy coasts repair. 
Blest isle! with matchless beauty crowned, 
And manly hearts to guard the fair. 

(Chorus) 
Rule, Britannia! Britannia, rule the waves! 
Britons never, never, never shall be slaves

1 opmerking:

  1. Het verhaal gaat dat tijdens een gezamenlijk Brits-Nederlandse vlootoefening het vliegkampschip Karel Doorman(ja, zo lang geleden al) onvoldoende luisterde naar de Britse bevelvoerder. Daartoe bars opmerkzaam gemaakt riposteerde de Nederlandse bevelvoerder met: "Britannia may rule the waves but Karel Doorman waives the rules! Kortom, don't feel impressed by the Limeys

    BeantwoordenVerwijderen

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.