De gastenvlag gaat in het want |
[1] de Last Minute vliegreizen naar de all-inclusive resorts, zoals aangeprezen bij de plaatselijke reisbureaus in Nederland. Massatoerisme met een armbandje om de pols, fraaie stranden en zwembaden, lange rijen hotels met bewaking en grote hekken er omheen. Da's niks voor mij. Daar wil ik niet zijn. Voor geen goud. Nooit van mijn leven...
[2] als lastig toegankelijk voor zeilers. De DR kent geen afzonderlijke inklaringsprocedure voor zeilers en dus moet je door hetzelfde traject als vrachtschepen. En dat betekent langs veel loketten en instanties, waar vage leges moeten worden betaald en de corruptie groot is, waardoor de inklaringskosten kunnen oplopen tot honderden US dollars. Het eerste element is ons wat te toeristisch, het tweede wat te -laten we zeggen- avontuurlijk. Of kostbaar.
Maar toch trekt het land ons. We hebben wel weer eens zin in tropisch regenwoud en (ik) in watervallen. De eilanden die we de komende tijd nog bezoeken hebben dat niet of nauwelijks. Ruim een jaar geleden kreeg ik van Hedda voor mijn verjaardag een 'dagje watervallen' cadeau* en de DR is mijn laatste kans om dat te verzilveren. In het afgelopen jaar kwamen we geen watervallen tegen. En dus zetten we koers naar het land van massatoerisme en corrupte ambtenaren, in de hoop een land te ontmoeten dat onze verwachtingen niet waarmaakt.
*) ik ben dol op watervallen. Het continu stromende, heldere en koude water geeft mij het gevoel dat de wereld volmaakt is. Want wat heb je meer nodig? Je hebt drinken, een douche en kunt je kleren wassen... als je die al gebruikt. Je timmert een klein hutje naast de waterval, plant wat fruitbomen en misschien houd je kippen. Dat is alles wat je nodig hebt voor een volmaakt leven. Zo denk ik er althans over, als ik op een steen zit met mijn voeten in het koude water, het geruis van de watervallen in mijn oren en de geur van bos en waterdamp in mijn neus. Maar Hedda ziet dat anders. Na een minuut of tien bij de watervallen begint ze wat ongemakkelijk heen en weer te lopen en vijf minuten klinkt het 'zullen we gaan?' En dus vroeg ik voor mijn verjaardag een dagje -ongestoord- waterval.
JUISTE WEERGAT
Dat de tocht van de Bahama's naar Luperon prima was, schreven we eerder al. En dat we er goed aan deden om de vier dagen zonder wind te gebruiken om de 380 mijl in 1 keer af te leggen wisten we ook wel. Maar het wordt ons nog duidelijker als in de twee weken na onze aankomst boten binnendruppelen die gelijktijdig met ons uit Georgetown vertrokken, maar er voor kozen om de tocht op te hakken in verschillende delen. Zij kregen, conform de weersverwachting, een sterk koufront over en moesten beschutting zoeken op de handvol matige ankerplekken langs de route.
We spreken cruisers die twee nachten niet sliepen omdat de boot zo op de golven stuiterde op de ankerplek. We horen over een zeilboot die haar roer verloor toen ze op koraal voeren terwijl ze een baaitje binnenvoeren om te schuilen voor de harde wind. Ze werden door de Coast Guard van boord gehaald en toen ze twee dagen later terugkwamen had de eilandbevolking een groot deel van hun boot gestript. Weer een ander sleepte een zeilboot veertig mijl lang met als gevolg schade aan de eigen motor. En al die tijd genoten wij van het leven op de DR.
We komen vroeg in de ochtend aan, net bij opkomende zon en ruiken ver op zee al de geur van het regenwoud en van stookvuurtjes. |
EERSTE KENNISMAKING MET DE DR
het resort bij Luperon is al jaren gesloten. |
Vrouwen doen de was in een teil water en gebruiken het hek van prikkeldraad als waslijn. Mannen repareren brommertjes, maken van drie oude ventilatoren een nieuwe of lassen paardenkarretjes in elkaar. Verder drinkt men graag bier terwijl de lokale Merengue muziek hard uit de speakers dreunt. En dus merken we hier helemaal niet van massatoerisme. We zijn de DR binnengekomen via de achterdeur.
En punt [2] dan? Nou, het inklaren verliep vrij gemakkelijk. We leren dat Luperon een uitzondering is binnen de DR. De bevolking hier ziet in dat de cruisers een welkome aanvulling zijn op hun inkomsten, via de lokale winkels, horeca, auto-/motorverhuur en andere zaken.
Bovendien zijn er diverse Amerikaanse cruisers die hier jaren geleden aankwamen en nooit meer vertrokken.
HOGE VERWACHTINGEN
Altijd wat te klussen aan boord. Maar gelukkig heb ik goede hulp |
Maar dat is voor later. Eerst de watervallen. Moet je dit horen. Er is hier een bergje en daar hebben ze 27 watervallen. Zevenentwintig. ZEVEN-EN-TWINTIG !!! Hallo! Z e v e n e n t w i n t i g w a t e r v a l l e n en die liggen achter elkaar; je begint bovenaan en klautert, springt, zwemt en float je weg naar het dal langs -- zevenentwintig watervallen --. En ik wist dat niet eens. Dat ze zoiets hier in de DR hadden. Maar goed ook waarschijnlijk, want je begrijp het vast na mijn ontboezeming over mijn liefde voor de waterval, als ik dit had geweten was ik vanaf Suriname rechtstreeks naar de DR gezeild en hier nooit meer weggegaan. En nog meer goed nieuws, de watervallen liggen slechts op 35km van Luperon! Maar hoe komen we daar?
WHOOOM!!!
Huur je in Griekenland een 50cc scooter, zoals een bromfiets in Nederland, in de DR gaat dat anders. Voor ons staat een 150cc motorfiets met vijf versnellingen. Als je in Nederland je motorrijbewijs haalt, mag je de eerste jaren maximaal 125cc rijden, hier stap je zonder enig bewijs van je kunsten op een 150cc. Zonder motorpak en helm natuurlijk. En met de hele familie... natuurlijk.
Gaaf is dat trouwens joh. Whooom... slingeren we over een weg tussen palmbomen, fruitbomen en vrolijk gekleurde huisjes. Voor ons rijdt de bemanning van de Blabber, achter ons die van de Wright Away. Na een uur zijn we in Imbert en draaien de grote weg op. Nu rijden we tussen vrachtwagens, bussen en taxi's. Het is druk op de weg. Maar de bevolking is gewend aan motoren en we voelen ons geen moment onveilig. Onder een brug stroomt de kolkende rivier uit de bergen. Dan gaat iedereen in de remmen en slingeren we met een slakkengangetje over de volledige breedte van de weg, om een aantal diepe kuilen heen. Het tegenverkeer wacht tot we gepasseerd zijn en vervolgt dan haar weg. Het gas gaat weer open en een kilometer later slaan we een onverhard pad op naar de Saltos de Damajaguas.
Soms moeten we een stukkie onverhard. Nou ja, moeten... het is vooral erg leuk natuurlijk. |
Ooit was er een brug. Maar die ging verloren met hevige regenval. Dus nu is er een pont. Voor een paar cent wandelt de 'pontbestuurder' je door het water naar de overkant. |
Gaat het motorrijden in de DR er wat nonchalant aan toe voor ons (Europeanen), de watervallen zijn het andere uiterste. Man, man, wat een theater daar. Misschien heeft het ermee te maken dat alle toeristen uit de hotelresorts hier komen, het parkeerterrein staat vol taxibusjes van allerlei resorts met exotische namen. Wij parkeren onze motoren tussen die van de werknemers van de watervallen.
Hedda en Quirijn met hun eigen begeleider |
Als Quirijn en Hedda twintig minuten bij de waterval zijn vindt de begeleider het welletjes, ze moeten terug. Dat weigert Hedda, zij wil bij de waterval wachten totdat wij daar (uren later) aankomen. Ze kan bovendien zelf de weg echt wel terugvinden en desnoods, als ze er echt op staan, toch gewoon met onze groep terug naar het 'basiskamp'? Nee, nee, het kan niet en het mag niet. Maar Hedda spreekt opeens geen Engels en Spaans meer en blijft gewoon zitten tot wij terug komen.
DE HEMEL
De man die ons groepje van vijf begeleidt naar de 27 watervallen spreekt alleen Spaans. En omdat hij dit werk al 24 jaar doet, is hij een tikke minder enthousiast en opgetogen over de tocht die we maken dan wij. En omdat hij geld wil verdienen is het voor hem zaak om ons zo snel mogelijk langs die 27 watervallen te loodsen, zodat hij vanmiddag nog een groep kan doen. En dus heeft hij een slechte dag. Want wij nemen het er van.
We nemen het er echt van. Ieder plasje op de kilometerslange route benutten we ten volle. Da's wel handig van zo'n reddingsvest, je kunt lekker drijven. Ook in plasjes van drie meter lang en ook als het zo ondiep is dat je billen op een rotsblok blijven steken. Iedere meter die we ons door het water kunnen laten drijven, drijven we.

En zo passeren ons heel wat groepen via het grindpad naast het water, onderweg van de ene naar de andere waterversnelling. Wij niet. Wij genieten van iedere meter. En toch duurt de tocht maar drie uur. Dammmnnnn... Ik zou er een week over kunnen doen. Ik zie het helemaal voor me. Een tent mee die we iedere avond onder een waterval opzetten, iemand die voor ons kookt en dus die watervallen afspringt met (wok)pannen en pollepels rammelend op de rug. Een blik op de kaart bij het kampvuur, waarop we de route voor de volgende dag bekijken. Dat zoiets niet bestaat hier?! Maar misschien ben ik de enige gek.
ENKELE REIS
Wat een coole ervaring de 27 watervallen! Super dat DR jullie bevalt. We kijken uit naar het volgende blog.
BeantwoordenVerwijderenLiefs van de Mallemok