We brengen
in augustus veel tijd door aan land, in en rond de Spaanse Ria’s. Dus de lezers
die alleen geïnteresseerd zijn in onze zeilavonturen, kunnen dit bericht met
een gerust hart overslaan. De dagafstanden zijn hier rond acht mijl en daarna
liggen we weer drie dagen voor anker of in een haven. Af en toe een dagtocht
van rond de vijftien mijl naar een volgende Ria, dan houdt het wel op. Dit
blogbericht gaat over ons landleven... hoewel het er daar ook behoorlijk nat kan zijn, getuige de foto hierboven.
---------
Dank!
Maar voordat
ik van start ga richt ik mij, mede namens Hedda, eerst rechtstreeks tot jullie.
Beste bloglezers, wij zijn erg blij met jullie! Al ruim 26 duizend keer is onze
weblog bezocht. Dat vinden we erg leuk. Bovendien ontvangen we veel reacties
van jullie. Dat vinden we geweldig. Als we weer eens ergens internettoegang
hebben, dan kijken we er echt naar uit om te zien of we nog reacties hebben
gekregen. Dat geeft ons het gevoel dat we de reis een beetje samen met jullie
maken. En we ervaren dat we dat heel leuk vinden. Hadden we van tevoren niet zo
bedacht, maar zo werkt dat kennelijk. Dus, heel erg bedankt voor alle reacties.
Gezien het beperkte internettoegang kunnen we niet de reacties beantwoorden,
maar we waarderen het enorm! Dus blijf reageren.
--------
Santiago de Compostella
Een bezoek
aan Noord Spanje is niet compleet zonder een bezoek aan de bedevaartsplaats
Santiago de Compostella. In Villagarcia (Ria de Arousa) nemen we vrijdag 15
augustus de trein naar
Santiago.
Daar slenteren we de hele dag tussen de pelgrims die de ‘Camino di Santiago’
(de voettocht naar Santiago) hebben gelopen; een pelgrimstocht vanuit heel
Europa naar Santiago de Compostella. Mooi gezicht op het plein voor de
Kathedraal, mensen vallen elkaar huilend in de armen omdat ze de tocht
volbracht hebben.
Wij proberen
‘de echte’ bedevaarders te onderscheiden van ‘de neppers’. Dat is vrij eenvoudig. De eerste
categorie is
geweldig uitgerust met diverse soorten schoeisel bungelend aan de tas, bruine
koppen van weken zon, wandelstokken die ooit nieuw waren, pleisters op voeten
en/of verband om kuiten. De neppers komen frisgewassen, met een flink tempo en
de borst vooruit het plein opgesjouwd. Zij doen de dagtocht van twintig
kilometer. Hun auto staat in de parkeergarage naast het plein. Nee, wij voelen
ons meer verbonden met de echte lopers, die al weken of maanden onderweg zijn.
De reizigers. Zij hebben afgezien. We voelen de pijn in hun voeten als onze pijn, we voelen de last van hun bagage op onze schouders drukken. Tja, logisch, wij hebben dan ook al zeker vijf kilometer geslenterd vandaag… Dus uhm, dan doe je natuurlijk goed mee met de grote jongens he? In tegenstelling tot die dagjesmensen die maar twintig louzy kilometertjes gesloft hebben. Nee, dan onze V-i-j-f Ki-lo-me-terssssss, die tellen natuurlijk… uhm… oh nee, toch niet… In de trein terug naar Villagarcia bedenk ik mij dat ons gevoel van verbondenheid met de bedevaarders komt omdat wij met onze zeilboot langzaamaan ook het vakantiegevoel kwijt zijn en ons reizigers voelen.
Santiago is
absoluut de moeite waard. Zeker wanneer je je even verdiept in de historie van
het gebeuren. Terug naar Villagarcia verbazen wij ons hoe veel jongeren er in
de trein zitten. Waar gaan die naartoe? Op het station van Villagarcia ziet
Hedda dat een aantal van hen waterpistolen en drank bij zich heeft. Aha, nou
begrijpen we het. Zij komen voor het Festa de Auga dat hier morgen plaatsvindt.
‘Dat kan niet’, zegt wijsneus
Walewijn, ‘want ze hebben helemaal geen
slaapspullen bij zich’. Daar heb ik best een punt, zo vind ik zelf. Scherpe
analyse. Maar onjuist, zo blijkt die nacht.
San Roque in Villagarcia
Ieder jaar
vindt op 16 augustus in Villagarcia een processie plaats, San Roque. Met
aansluitend het Festa de Auga. Daarom zijn wij nu hier. Het waterfeest. Dat gaat
zo. Vijftien minuten nadat de heilige San Roque door de straten is gedragen,
start een massaal watergevecht in de stad. Om de zoveel honderd meter staat een
brandweerauto met op het dak twee brandweermannen die de waterslangen vol open
gooien en de menigte nat spuiten. Op straat duizenden mensen bewapend met
waterpistolen, emmers en waterslangen. Iedereen gooit en spuit elkaar nat.
Arme Quirijn
heeft het ook niet makkelijk, hij krijgt een volle emmer water frontaal in zijn
gezicht. De vijftigduizend festivalbezoekers
blijken stuk voor stuk (als onze steekproef van 5 personen
representatief mag zijn voor de 50.000) echter erg sympathiek want steevast
komen ze Quirijn troosten als hij in huilen uitbarst. We vinden het opmerkelijk
met hoeveel ontspanning en goede sfeer deze happenning verloopt. Nergens kwade
gezichten, iedereen doet enthousiast mee. En dat terwijl een groot deel van de aanwezigen al de hele nacht heeft gefeest! Dat zit zo...
Nachtje doorfeesten
Toen wij
vrijdagavond terug uit Santiago de Compostella terugliepen naar onze haven,
zagen we tot onze schrik dat naast het haventerrein grote geluidsboxen waar
opgesteld. En als ik zeg groot, dan bedoel ik ook echt groot. Dus niet zo van, ‘ja, voor die Walewijntje is iets al snel
groot, dat kleine mannetje’ nee, groot! We weten inmiddels dat die Spanjaarden kunnen
feesten. In Muros (waar eerder lagen) ging een Heavy Metal groep tot vijf uur in de ochtend door. Ze
zullen hier toch ook niet tot vijf uur doorgaan? Gelukkig zien we in het
programma dat DJ Jose Vargas tot 03.00 uur draait. Best laat, maar dan slapen
we morgenochtend wel uit. Die nacht horen we om 3 uur onze Jose zijn publiek
bedanken, afgesloten door een ‘Adios’. Zo.
Kunnen we eindelijk slapen. Maar nee, er volgt een andere DJ. De muziek gaat
nog een tikkie harder en we dreunen in ons bed. Ook om vijf uur klinkt weer het
adios, maar ook daarna gaat het door. Wij liggen nog steeds in ons bed te
dreunen en begrijpen niet waarom die DJ’s doorgaan. Iedereen zal toch al van
vermoeidheid (of van de drank) zijn omgevallen? Er staat vast niemand meer te
luisteren op het grasveld? In onze verbeelding zien we de DJ voor een groot
leeg grasveld zijn nummers afdraaien.
Als het een uurtje later licht wordt,
steek ik mijn hoofd boven het schuifluik om het tafereel van het lege grasveld
te aanschouwen. Het veld staat nog
bomvol feestende jongeren. Ook de boulevard naast de marina staat vol. Die
jongeren in de trein uit Santiago hebben geen slaapspullen meegenomen omdat ze
toch de hele nacht doorfeesten! De muziek draait uiteindelijk door tot de start
van het waterfeest, 12 uur, en heeft dan vijftien uur achtereen gedreund.
Natuurlijke zwembaden
Na het mooie avontuur in Villagarcia zijn wij ouwe lullen toe aan wat rust en verhuizen we terug naar de eerdere ankerplek en maken een wandeling
naar de Picines Naturais. Een
wandeling van twee uur bergopwaarts, langs huizen met grote tuinen en
uitzichtpunten over de baai. Na anderhalf uur lopen houdt de weg op en begint
de echte klim naar de picines over een bergpaadje. Het laatste stuk moeten we
over rotsen klimmen en kan de buggy (waar Quirijn tot dat moment steeds in zat)
niet meer rijden. Quirijn klautert zelf over alle rotsen en neemt het liefst de
meest ingewikkelde subpaadjes met de hoogste rotsen.
De beloning
is prachtig. Vanuit de bergen stroomt een bergbeek tussen de rotsen door naar
beneden. Op verschillende plekken stroomt dat water in een klein bekken tussen
de rotsen, waardoor de natuurlijke zwembaden ontstaan. We vinden een mooi
plekje op de rotsen en zwemmen in het heldere, koude water. Heerlijk om eens in
fris zoet water te zwemmen, ter afwisseling van het zoute water dat we normaal
rondom onze boot hebben.
En zo voorts…
de vuurtoren van Isla Ons steekt nog net boven de mist uit |
Ria de Arousa ligt nog in de zon. Op de achtergrond de bergrivier met de natuurlijke zwembaden |
Donderdag 21 augustus verlaten we de Ria de Arousa na tien dagen en varen richting de volgende Ria; Ria de Pontevedra. We willen bij het eiland Ísla Ons ankeren, maar zodra we de Ria uitvaren zien we dat het eiland in de mist ligt. Daarom besluiten we een plaatsje eerder te ankeren, bij Pedra Negras. Ook daar trekt het behoorlijk dicht, maar tussen de vlagen door kunnen we (met behulp van kaartplotter en radar) onze weg nog vinden. Begin van de avond trekt de mist op en maken we een wandeling langs de prachtig gevormde rotsen en over het strand.
Wij hadden hoge verwachtingen van de Spaanse Ria’s, maar die zijn in de afgelopen weken ruim overtroffen! Wat een prachtig gebied is dit om te varen, ankeren en om te genieten van de uitzichten op rotsen, bossen, heuvels en bergen. Veel afwisseling qua cultuur en culinair en uitermate vriendelijke mensen. Je vind hier voornamelijk Spaanse toeristen en natuurlijk op en rond het water de cruisers uit Noord Europa, onderweg naar het zuiden. Ongekend dat hier (nog?) geen bedrijven zijn die op grote schaal zeilboten verhuren, zoals in Kroatië, Griekenland en Turkije.
Vrijdag 22/08 varen we naar het einde van Ria de Pontevedra waar we ons anker uitgooien naast de White Witch. Met hen eten we ’s avonds op een terras in het oude vissersdorpje Combarro. Quirijn mag een nacht logeren aan boord van de White Witch en slaapt samen met Wouter en Myrthe in de punt van de White Witch. Op de foto is te zien hoe hij dat vond.
Galicia Atlantic National Parks
23 en 24
augustus liggen we een aantal dagen voor anker bij Isla Ons. Dit eiland maakt,
net als een aantal andere eilanden hier, onderdeel uit van Galicia Atlantic
National Parks. Voor de zeilers die (de komende jaren) ook nog eens deze kant op
gaan: je moet vooraf een registratie aanvragen via de website (www.
iatlanticas.es),vergezeld van kopies van paspoorten, registratie van je schip
(zeebrief oid) en vaarbewijs schipper. Je ontvang dan een inlogcode waarmee je je
via de website een paar dagen voordat je een van de eilanden bezoekt aanmeldt. Overdag komen er toeristen met ferries naar de
eilanden, maar ’s avonds gaan die allemaal weer weg en genieten wij in stilte
van een heldere sterrenhemel, de lichtjes van de dorpjes tegen de heuvels van
het vaste land in de verte en het door plankton oplichtende water als er een
vis doorheen schiet. We ruiken de bossen en horen de krekels op het eiland. Zo
is het mooi!
Vanuit Isla
Ons varen we door naar de meest zuidelijker Ria in Spanje; Ria de Vigo. Daar
willen we de gelijknamige stad bezoeken en wellicht nog een aantal
ankerbaaitjes. Vervolgens nog Isla Cies
(ook een van de nationale parken) en dan is het zo langzamerhand tijd om Spanje
te verlaten en richting Portugal te varen. Maar dan zitten we al weer in het
volgende blogbericht…
Antares onderweg op de Ria de Pontevedra, met dank aan bemanning White Witch |